Oostenrijk als wijnland is hip & happening!

• Geplaatst op 23 September 2016
• Door Nadien de Visser
• 0

Oostenrijk maakt misschien wel de beste wijnen ter wereld. Dat is het gevolg van de vele regels die het land kent. Na een groot wijnschandaal in 1985 gooide Oostenrijk het roer om en ging de regering hoge eisen stellen aan de wijnboeren. Nog steeds is Oostenrijk het land met de strengste wijnwetgeving ter wereld. Dat levert de puurste, zuiverste wijnen op, die variëren tussen beendroog en dessertwijn-zoet.

De hippe Gruner Veltliner, dé wijn van Oostenrijk, stond centraal in de comeback van Oostenrijk als wijnland. Maar ook de rode wijnen kom je steeds vaker op menukaarten van hippe restaurants tegen. Kortom, Oostenrijk is hip & happening! 

Gruner veltliner: een winnaar

Om maar gelijk met de deur in huis te vallen, als je van frisse, stuivende wijnen houdt, dus a la sauvignon blanc, is dit jouw druif. Eigenlijk is alles mooi aan de gruvy. De fris, fruitige smaak pept je op na een lange werkdag, het pittige randje van de wijn schudt je smaakpapillen wakker en dat zorgt er voor dat de wijn zich niet zomaar uit het veld laat slaan in de keuken. De gruvy kan vele gerechten aan. Van een wienerschnitzel (natúúrlijk!) tot geitenkaas of gegrilde asperges.

Oostenrijk spant de kroon als het gaat om gruners. Er wordt wel wat gemaakt in Tsjechië en Hongarije, en ook Nieuw-Zeeland is er mee bezig, maar de mooiste komen vooralsnog uit Oostenrijk en met name uit de Wachau, het gebied ten westen van Wenen. Met het oog op de tropische temperaturen raad ik je de verkwikkende gruner van Hutter uit de Wachau aan. Heerlijk verfrissend!

Wachau, Oostenrijk
 

Zweigelt: licht & fruitig

Wat gruner voor wit is, is de zweigelt voor rood – de nationale trots van Oostenrijk. Het is een kruising tussen de elegante St Laurent (een druif die een beetje lijkt op pinot noir) en de blaufränkisch – ontdekt door meneer Fritz Zweigelt in 1922. Net als de pinot noir doet zweigelt het goed in koele klimaten en zorgt voor lichte, soepele wijnen.

Het soort rood dat je best gekoeld mag drinken, bijvoorbeeld de Zweigelt QBA Windspiel van Fritsch. Een fruitbommetje op zakformaat.

Blaufränkisch: stoer & uitgesproken

De vader van de zweigelt, de blaufränkisch is de andere held van Oostenrijk. Wel eentje met een gebruiksaanwijzing, want het is geen makkelijke druif. Hij stelt hoge eisen aan het terroir, de bodemkarakteristieken van de wijngaard. Mede hierdoor, maar ook door het gebruik van houtlagering, vind je de blaufränkisch in vele verschillende stijlen. Om het harde van de blaufränkisch wat te temmen, wordt hij vaak gecombineerd met andere, zachtere druiven. Dat zie je bijvoorbeeld in de ‘Red’ van Heinrich’, waarin blaufränkisch wordt vergezeld door zweigelt. Het resulteert in een wijn waar het fruit voorop staat. Soepel, niet te moeilijk, zachte tannines en barstensvol fruit.

Wijngoed Heinrich
 

Als je aan het Oostenrijks rood gaat, doe je er goed aan de wijn eventjes te laten luchten. Een uurtje van te voren openen of decanteren zorgt ervoor dat de wijn soepeler wordt, de harde bitters worden naar de achtergrond gedrukt en de fruitaroma’s springen naar voren. Santé! 

-

Nadien

Ik ben Nadien de Visser, wijnliefhebber pur sang. Ooit begonnen door een  studie in Frankrijk en bij thuiskomst Le Club des Vins opgericht. Dé plek om je wijnkennis bij te spijkeren. Ondertussen SWEN-3 behaald en onderweg naar de vinologenopleiding.